Gepubliceerd op 23-02-2021

Koenraad kuiper

betekenis & definitie

geb. 1854 te Zaandam, promoveerde in 1880 te Leiden tot doctor in de klassieke letteren op proefschrift: De Vita Niciae, was van 1879—1883 leeraar aan het gymnasium te Zwolle, van 1883—1898 te Haarlem en is sedert 1898 hoogleeraar in de grieksche taal- en letterkunde te Amsterdam. Voornaamste werken: Wijsbegeerte en Godsdienst in het drama van Euripides, Studiën over Callimachus; K. schreef ook een voortzetting van Allard Pierson’s Hellenisme.

< >