Gepubliceerd op 23-02-2021

Jules michelet

betekenis & definitie

fransch geschiedschrijver en philosoof, geb. 21 Aug. 1798 te Parijs, was 1821 professor aan het Collège Rollin, van 1826—30 aan de Normaalschool; door de Juli-revolutie werd hij afdeelingschef aan het rijksarchief en tegelijk Guizot’s plaatsvervanger aan de Sorbonne. Zijn eerste geschiedkundig werk Tableaux synchroniques de Vhistoire moderne verscheen 1826; zijn Histoire romaine (République, 2 dln., 5de dr. 1876) volgde 1831.

Maar eerst door zijn geschiedenis van Frankrijk werd hij als schrijver beroemd en als geschiedkundige ongemeen populair. Met meer recht dan philosophisch, noemt men M. een poëtisch geschiedschrijver, wiens hartstochtelijke verbeeldingrijke voorstelling doordrongen is van begeestering voor de idealen der democratie, haat tegen het cléricalisme en een vurig patriotisme bij groote belezenheid en bronnenkennis. Deze Hist. de France verscheen 1837—37 (16 dln.; het laatst 1879, 19 dln.). In denzelfden geest van democratische propaganda is ook zijn Histoire de la Révolution française (7 dln., 1847—53; nieuwe uitg., 5 dln., 1889) geschreven. Intusschen werd M. 1838 lid der Academie vair moreele en politieke wetenschappen en opvolger van Daunou als professor der geschiedenis aan het Collège de France. Steunend op de sympathie der studeerende jeugd, begon hij voor de democratische ideeën en vooral tegen de Jezuïeten en ultramontaansche bemoeiingen een heftigen strijd, die hem verbitterde vijanden berokkende.

Tengevolge daarvan gaf M. verschillende vlugschriften uit, zooals Des Jésuites (1843), te zamen met Quinet geschreven; Le prêtre, la femme et la famille (1845), Le peuple (1846). De regeering sloot 1851 zijn leercursus, en na 2 Dec. 1851 verloor hij wegens het weigeren van den huldigingseed, zijn ambt van archivaris. Uit den volgenden tijd stammen zijn veelgelezen geschriften: L’oiseau (1856), L’insecte (1857), L’amour (1859), La femme (1860), La mer (1861), La sorcière (1862). Tijdens het beleg van Parijs schreef M. in Italië het werk La France devant l’Europe (Florence 1871). Hij overl. 9 Febr. 1874 te Hyères;. het bijzetten van zijn lijk op Père-Lachaise werd (Mei 1876) een groote demonstratie voor de democratische republiek. Uit zijn nalatenschap verscheen: Histoire du XlXe siècle (tot Waterloo, dl. 1—3, Parijs 1875), Œuvres complètes.

Edition définitive. Van zijn werken zijn op den Index geplaatst: Le prêtre etc., L’amour; La sorcière en Bible de l’humanité (Parijs 1864). Autobiografische werken van M. zijn: Ma jeunesse (Parijs 1884) en Mon journal 1820—23 (ald. 1888).