Gepubliceerd op 23-02-2021

Jakob matham

betekenis & definitie

nederl. teekenaar, schilder en graveur, geb. te Haarlem 1571, stiefzoon van H. Goltzius, die hem in zijn kunst onderwees en tot een voortreffelijk kunstenaar vormde; hij graveerde een aantal prënten naar teekeningen van Bloemaart, Goltzius e. a., waarvan onderscheidene door de kenners gelijk gesteld worden met de prenten van Goltzius en Saenredam.

Zijn schilderijen zijn zeldzaam. W. Swaneburg en andere graveurs hebben naar zijn teekeningen of schilderijen gewerkt. M. overl. 1631.Zijn zoon Theodorus M,, in 1589 te Haarlem geb., leerling van zijn vader en A. Bloemaart, begaf zich naar Rome, waar hij met Natalis,. Persyn e. a. voor de galerij Guistiniana werkte. In het vaderland teruggekeerd, bepaalde hij zich uitsluitend tot de graveerkunst. Beroemd zijn z’n gravures, in 1633 voor den Temple des Muses te Parijs uitgegeven. Zijn sterfjaar is onbekend.

Adriaan M., broeder van den laatste, leerling zijns vaders, vervaardigde o. a. de gravures, voorstellende de graven en gravinnen van Holland in het werk van Petr. Scriverius: „Oude Goudsche kronijken of Historie van Holland, Zeeland, enz.” (Amst. 1663).

< >