Fransch dichter, geb. 9 Febr. 1794 te Havre, overl. te Parijs, 7 Sept. 1854. In 1819 slaagde hij er in zijn tragedie Louis IX te doen spelen, en verkreeg daarvoor een jaargeld van Louis XVIII.
Voorn, werken: Ie Maire du palais (1823); Fiesque, een navolging van Schiller ; VU omme du monde, Maria Podilla, Epitres familières. In 1841 werd hij lid van de Académie française.Zijn echtgenoote, mevr. Marguerite Louise Virginie Ancelot—Chardon, geb. 15 Maart 1792 te 9 Febr. 1794—7 Sept. 1854. Dijon, overl. 21 Maart 1875 te Parijs, stond hem aanvankelijk in zijn werken bij, doch begon weldra zelfstandig te schrijven. Voorn, werken: Marie ou trois époques {1836), Théâtre complet bevattende 20 stukken: voorts een aantal romans, als Renée de Varville (1853), La nièce du banquier (1853), Une route sans issue (1857), La fille d’une joueuse (1858), Antonia Vernon ou les jeunes filles pauvres (1863).
