1) De bergmassa in Messenië tusschen de boven- en de benedenvlakte van de rivier Pamisus, welke de oostelijke grens van den I. vormt; de 802 meter hooge, in de oudheid versterkte berg, welks zuidelijke top Eua (thans St. Basilios) steiler, terwijl de noordelijke (de eigenlijke L, thans Vurkano) meer geleidelijk naar de vlakte afhelt, was in overoude tijden aan den dienst van den pelasgischen Zeus Ithomatas, den landsgod van Messenië, gewijd.
De met muren omringde top was de sterkste vesting van het land en is vooral in den eersten messenischen oorlog (743—724 v. Chr.) beroemd geworden door de heldhaftige verdediging van Aristodemus tegen de Spartanen; ook in den derden messenischen oorlog (464—455) werd zij tien jaren lang door de Spartanen belegerd. Bij het herstel van den messenischen staat door Epaminondas in 369 werd I. de acropolis (burcht) der nieuwe, in een dal aan de westzijde daarvan aangelegde stad Messene en bleef sedert tot lang in den romeinschen tijd een der belangrijkste vestingen van Griekenland.2) Stad in de thessalische landstreek Hestiaeotis.