(graaf), uit een oud oostenrijksch geslacht, dat in het midden der 14de eeuw zich in Krain vestigde en in vele grootendeels reeds uitgestorven liniën zich uitbreidde, werd in 1791 geb., trad in 1810 in oostenrijkschen dienst, woonde de oorlogen tegen Napoleon als officier bij, klom later tot luitenant-veldmaarschalk op en was lid van den hongaarsehen Magnaten-tafel.
Door den keizer, 25 Sept. 1848, tot koninklijk commissaris in Hongarije en tot oppercommandant der hongaarsche troepen benoemd, begaf hij zich terstond naar Pest, maar werd reeds 28 Sept. door een volksmenigte op de brug tusschen Ofen en Pest vermoord.