1) Provincie van het koninkrijk Italië, in het landschap Emilia, grenst ten n. aan de prov. Ravenna, ten o. aan de Adriatische zee, ten z. aan de prov. Pesaro-Urbino en de republiek San-Marino, ten w. aan Florence, is 1879 Q km. groot, telde in 1901 : 279.072 inw. (tegen 251.110 in 1881), en is verdeeld in de drie districten Cesena, Forli en Rimini, met tezamen 40 gemeenten. F. is voor het grootste deel berg-en heuvelachtig, rijk aan natuurschoon ; het vlakland is aan de kust zeer vruchtbaar, en wordt doorsneden door tal van kleine rivieren : Montone, Ronco, Savio, Marechia, Firumcino, en de Uso, de Rubicon der Ouden. Hoofdmiddelen van bestaan : landbouw, wijnbouw, veeteelt, zijdekultuur, visscherij, scheepvaart. Langs de kust loopt een spoorlijn, waarvan bij Rimini de lijn Bologna-Milaan uitgaat.
2) Forli, het oude Forum Livii, hoofdstad der prov. F., aan de Montone, zetel van het provinciaal bestuur, van een bisschop, van allerlei rechtscolleges, van een commissie van toezicht over de prov. oudheden en kunstwerken, telde in 1901 als gemeente 43.457 inw., is goed gebouwd, heeft een mooi, door galerijen omgeven marktplein, tal van kerken en paleizen, een citadel (1360 onder Albornoz gebouwd, later herhaaldelijk vergroot), een meteorologisch observatorium, een gymnasium, een pinacotheek, standbeeld van den anatoom Morgagni (onthuld 1875). De stad werd vermoedelijk door den romeinschen consul Marcus Livius Salinator na diens zege over Hasdrubal aan de Metaurus, 207 v. Chr., gesticht en naar hemzelven benoemd (Forum Livii); onder Karel den Groote aan den pauselijken stoel gekomen, vormde F. in de latere middeleeuwen, toenmaals Forlivium geheeten, een republiek, die in de eindelooze veeten der Guelfen en Ghibellijnen gedurig nieuwe heeren kreeg, ook eenigen tijd onder pauselijk bestuur stond, en in 1504 definiPef aan paus Julius II kwam, die haar bij den Kerkelijken Staat inlijfde. In 1797 viel de stad aan de Cisalpijnsche republiek, later aan het koninkrijk Italië, in 1815 weder aan den paus, aan den opstand tegen wien zij in 1831 en 1848 ijverig deelnam : 17 Juni 1859 ontruimden de pauselijken F., dat nu aan Sardinië kwam.
