of Boekarest (rumeensch: Bucuresci) Hoofdstad van het koninkrijk Rumenië (vroeger slechts van Walachije) en residentie, ligt in het district llfow; 88 m. boven de Zwarte zee, aan beide oevers der Dimbovita, onder 44° 6' 9" N. B. en 26° 6' 9' O.
L. v. Gr. 280 km. w. van de Zwarte zee, heeft een omvang van 28 km. en beslaat een oppervl. van 30 km2.; daar de stad geheel onbeschut in de vlakte ligt en in het bijzonder aan den noordoostenwind (crivetu) en den zuidenwind (austru) blootstaat, is het klimaat zeer veranderlijk; de heerschende wind is de o.n.o., de gemiddelde jaartemperatuur bedraagt 10,60°, des zomers dikwijls boven 40°, des winters —20° C.: de stad is rondom door tuinen omgeven, en levert een schilderachtigen, grootschen aanblik op; zij heeft vele kerken met blinkende daken; de achterbuurten der binnenstad leveren alle gebreken der oostersche steden op, kromme, nauwe onzindelijke straatjes en stegen, onbewoonbare ellendige leemen hutten. Langs beide zijden der Dimbovita loopen met boomen beplante chaussees, die door een 12-tal bruggen verbonden zijn; naKonstantinopel en Budapest is B. de volkrijkste stad van zuidoostelijk Europa; 240.000 inw; de Rumeniërs noemen haar het Parijs van het Oosten; sinds 1885 wordt aan de bevestiging van B. gearbeid, ten deele naar de ontwerpen van den belgischen generaal Brialmont; de fortificatielinie vormt een kring van 72 km., de kosten dezer verdedigingswerken zijn op 50 millioen gulden geraamd. B.’s hoofdstraten zijn de Boulevard, die haar van o. naar n. doorloopt, de Calea Victorice, de Lipscani (Leipzigerstraat) en de Karelstraat; de stad heeft een 120-tal grieksch-orthodoxe en eenige r.-kath. en prot. kerken, voorts meerdere bedehuizen en synagogen; de hoofdkerken zijn de Metropolietenkerk (1656 gebouwd, 1S34 gerestaureerd), de Stavropoleoskerk (1724 herbouwd), de Domna Balascha en de r.-kath. St.-Jozefskathedraal; onder de overige bouwgewrochten zijn het kon. paleis, het universiteitsgebouw, de nationale schouwburg, de regeeringsgebouwen, het tribunaal, het hof van cassatie, het nieuwe atheneum, de Rumeensche Bank, de Munt, de militaire school, het arsenaal en de landsdrukkerij de voornaamste. B. is residentie van den koning van Rumenië, zetel van den metropoliet der autocephale kerk van Rumenië, der wetgevende lichamen, der regeering, der hooge rechterlijke colleges, der districtsprefectuur, van alle hooge burgerlijke en militaire ambtenaren, van een r.kath. aartsbisschop en van gezantschappen en consulaten van bijna alle europeesche staten; het is ook het middelpunt van het rumeensche post- en telegraafverkeer.
Aan inrichtingen van onderwijs heeft B. ten eerste een universiteit (geopend 1864, geheel op fransche wijze ingericht), met rechtsgeleerde, medische , en theologische faculteit; het universiteitsgebouw bevat behalve de gehoorzaal een natuurhistorisch en archeologisch museum, een pinacotheek, een school voor schoone kunsten, de staatsbibliotheek, een botanisch instituut, de kabinetten en laboratoriën der medische faculteit, de romaansche academie met drie secties, de vrije school voor politieke en administratieve wetenschappen, en de vergaderzaal van den rumeenschen senaat; verder 2 lyceums, 4 gymnasiën, een handelsschool voor landbouw en boschwezen, een krijgsschool, een pharmaceutsche en hoogere normaalschool, een conservatorium voor muziek en declamatie, het priester-seminarie .Metropoliet Nifon’, een centraal-seminarie, enz. Industrie (ijzer-, blik-, lederwaren, stoffen, stijfsel, zeep, waskaarsen, papier, licifers, bier), handel (ijzer-, blik-, textielwaren, weelde- en mode-artikelen). 13. is het middelpunt van het rumeensche, zich over het geheele land vertakkende spoorwegnet.Volgens de sage dankt B. zijn naarn aan een schaapherder, Bucur, de eerste die zich hier, en wel op de plek van de oude Bucurkerk, een woning bouwde, waaromheen wel dra een dorp ontstond. Op het einde der 14de eeuw maakte de woiwode Mirtscha de Oude deze plaats tot winterresidentie der walachijeche vorsten, en bouwde hier den vorstenhof, nog heden Curtea veche, de oude hof, geheeten; in 1716 werd B. residentie van Walachije; van 1789—91 was het door de Oostenrijkers bezet; 28 Mei 1812 werd hier tusschen Rusland en de Hooge Porte den vrede van Bukarest gesloten; bij de verecniging van Walachije en Moldavië tot het vorstendom Rumenië (1859—62) werd B. hoofdstad van dien staat; 3 Maart 1886 werd hier de vrede tusschen Servië en Bulgarije geteekend.