Gepubliceerd op 20-01-2021

Bisimit

betekenis & definitie

of Bismuth. (lat. Busmutum; chemisch teeken: Bi; atoomgewicht 208).

Een zeldzaam, het eerst door den alchimist Basilius Valentinus vermeld metaal, dat meest in gedegen toestand of als oxyd wordt aangetroffen in de kobalt- en zilveraderen van het graniet, het gneis en het glimmerschiefer, benevens in die van de overgangsformatie en in koperleilagen; het wordt op weinig omslachtige wijze daaruit afgescheiden. De ertsen, die gemiddeld 4— 12 % B. bevatten, worden bij stukken ter grootte van hazelnoten in buizen van gietijzer gedaan; deze buizen zijn in hellenden stand en ten getale van vijf in een oven geplaatst, op welks rooster vuur is aangelegd; het hoogstgelegen eind der buis is afgesloten met een ijzeren plaat; het laagstliggend eind is voorzien van een prop klei, waarin een opening gelaten is; daaronder wordt een nap van gegoten ijzer geplaatst, waarin zich het uitgesmolten B. verzamelt; om het uitgesmolten metaal voor oxydatie te vrijwaren zijn de nappen van koolpoeder voorzien. Het gedeelte van het erts, dat in de buis terugblijft, wordt door de bovenste opening der buis verwijderd. In de blauwselfabriek wordt het B. als bijproduct bij het versmelten der kobaltspijs verkregen; ook verkrijgt men het langs den natten weg uit het mengsel, van metaaloxyden, dat bij het fijnbranden van blikzilver ontstaat; daartoe wordt het oxydenmengsel met verdund zoutzuur uitgeloogd; toevoeging van water geeft een precipitaat van zg. basisch B.-chloruur, eigenlijk een oxychloruu. van B., hetwelk gedroogd en daarna door saamsmelting met soda gereduceert wordt.Het B. is grauwachtig wit, vertoont echter te gelijkertijd eene duidelijk te onderscheiden roodachtige kleur, die gemakkolijk te herkennen is bij de vergelijking van het B. met een ander grauwwit metaal, zooals het zink. Specifiek gewicht 9,790. Het bezit eene grofbladerige kristallijne breuk, is tamelijk broos on kan zeer gemakkelijk door smelten gekristalliseerd verkregen worden. Zijn fraaie kristallen, die soms oenige duimen lang zijn, zijn rhomboëders, meestal trapvormig gegroepeerd, gewoonlijk in schoone kleuren iriseerend, doordien de oppervlakte van het metaal bij de bewerking van het smelten aan de lucht met eene dunne oxydlaag bedekt wordt.

Het B. smelt bij 250° O on zet zich bij bekoeling sterk uit. In de witgloeihitte is het vluchtig; het kan slechts moeielijk gedestilleerd worden.

In de droge lucht verandert het B. niet; in aanraking met de vochtige lucht bedekt het zich langzamerhand met eene dunne oxydlaag. Bij verhitting aan de lucht verbrandt het met eene blauwe vlam en verspreidt daarbij een gelen rook. In chloorgas verbrandt het zelfs bij de gewone temperatuur. Het B. ontleedt het water eerst bij eene zeer hooge temperatuur, en wordt door verdunde zuren niet aangetast. Geconcentreerd chloorwaterstofzuur grijpt het niet aan en zwavelzuur slechts dan, wanneer het geconcentreerd en heet is; er wordt hierbij zwaveligzuuranhydrid ontwikkeld. Salpeterzuur grijpt het B. levendig aan en lost het geheel op.

De voornaamste vindplaats van B.-erts is Schneeberg in Saksen; ook wordt het gevonden op sommige plaatsen in de Vereenigde Staten, in Peru, Bolivia en Chili, alsook in Australië. Per jaar wordt in Europa ongeveer 25.000 kg. B. geproduceerd, waarvan 20.000 kg. op het Saksisch ertsgebergte, 3000 kg. op Engeland en 1500 kg. op Bohemen komen. De prijs wisselt of tusschen 4 en 5 gulden per kilogram: het grootste deel van het geproduceerde B. dient voor medicinale en kosmetische doeleinden.

In zijn verbindingen doet het B. zich kennen als een drie- en vijfwaardig element. Van deze verbindingen hebben slechts enkele eenig algemeen belang. (Zie Bismutchloride, B.nitraat, B.-oxyde, B.-sulfide.)

< >