Soortenrijk plantengeslacht van de Familie der Begoniaceeën, meest kruidgewassen der tropische streken van Amerika, met knoopige, sappige stengels en soms zeer fraai gevormde en geteekendc bladeren, om welke reden vele soorten in broeikassen of als kamerplanten worden gekweekt. Tot de schoonste bladplanten van dit geslacht behoort B. rex, wier bladeren met een zilveren rand omzoomd en met allerlei vlekken en punten van dezelfde kleur bestrooid zijn; deze soort is de stamsoort van do meeste tuinvormen.
B. metallica heeft heldergroene bruingemarmerde, B. argyrostigma roodachtig groene, witgevlekte bladeren. Zeer gezocht, als fraaie bloemplanten, zijn B. discolor, met groote rozenroode bloemen en kleine knolletjes tusschen de bladoksels, wrelke tot vermenigvuldiging der plant kunnen dienen; B. fwchsioides heeft bloedroode eindelingsche bloemen, B. incarnata fraaie vleeschkleurige bloemen. Een afzonderlijke groep vormen de Knolbegonias welke elk jaar uit hun wortelknol nieuwe stengels schieten, terwijl zij de oude verliezen; alle soorten dezer groep munten uit door fraaie bloemen.