Grieksch wijsgeer, geb. omstr. 500 v. Chr. te Clazomenae in Lydië, en ongeveer een tijdgenoot van Democritus, Empedocles, Parmenides en Zeno; na uitgestrexte reizen te hebben ondernomen vestigde hij zich te Athene, in 456 v.
Chr., kwam in kennis met Periodes, en grondde eene wijsgeerige school; hij ontkende de mogelijkheid van volkomen ledigheid en leeraarde dat de materie het gansche heelal vervult en beheerscht wordt door een geestelijke kracht; de hemellichamen hield hij voor gloeiende steenmassa’s en trachtte dit aan te toonen uit het verschijnsel der aerolithen; de materie is een oneindige hoeveelheid van in hoedanigheid verschillende kiemen of Homceomeriën, die door onderlinge vermenging verbindingen in het leven roepen zoodat elk lichaam een groepeering van kiemen uitmaakt; niet alleen het door de zintuigen waarneembare is stellig, maar uit het waarneembare kan het onwaarneembare worden afgeleid. — Zijn leer baarde veel opzien en lokte weldra eene beschuldiging van ongodsdienstigheid uit, doch het kwam tot geen veroordeeling, hetzij datPerieles zijn vrijspraak bewerkte, of dat hij de vlucht nam ; ook wordt nog verondersteld, dat hij verbannen werd: op 70-jarigen leeftijd stierf hij te Lampsacus.