(Fr.: saignée, Duitsch: Aderlass; Eng.: bloodletting) het openen van aderen tot het afnemen van bloed bij ongesteldheden; meestentijds worden daartoe aderen die dicht onder de huid liggen, gekozen. Hippocrates, de beroemde Grieksche arts (470— 364 v.
C.) spreekt reeds van de aderlating of venesectie als van een oude uitvinding, terwijl door de geheele geschiedenis heen voorbeelden van toepassing van dit middel worden aangetroffen, terwijl hetzelve beurtelings bestreden en verdedigd geworden is; door de venesectie wordt ;de warmtevorming tijdelijk verminderd, de pols wordt weeker en langzamer, het bloed wordt rijker aan vezelstof, armer aan cellen. De toepassing geschiedt bij snel opkomende ontsteking van het hart of de longen, bij apoplexie, doch slechts bij hooge noodzakelijkheid.
