Een overlijdensrisicoverzekering is een afspraak die ervoor zorgt dat er een vooraf afgesproken bedrag uitgekeerd wordt, indien de verzekerde voor een bepaalde datum komt te overlijden.
Een overlijdensrisicoverzekering wordt in de meeste gevallen afgesloten voor de nabestaanden. In dit geval is de verzekering een nabestaandenverzekering. Een ondernemer kan deze verzekering ook afsluiten. In dat geval is de zakenpartner de begunstigde, die de uitkering krijgt wanneer de verzekerde ondernemer overlijdt. Zo is het voor de zakenpartner mogelijk om de onderneming voort te zetten.
Een overlijdensrisicoverzekering is meestal tijdelijk. Dit betekent dat de verzekering aangegaan wordt voor een bepaalde duur. Wanneer de verzekerde persoon binnen de afgesproken tijd komt te overlijden, keert de verzekeraar uit.
De nabestaanden worden standaard gezien als de begunstigden en zullen dus de uitkering ontvangen. Ook de kinderen en de erfgenamen van de verzekerde zijn begunstigden. De verzekerde kan echter ook andere begunstigden aanwijzen. Een bank zal in veel gevallen de overlijdensrisicoverzekering bij een hypotheek verplicht stellen. Daarbij zullen ze door middel van een clausule zichzelf als begunstigde opnemen.
Voordat een verzekeraar de overlijdensrisicoverzekering accepteert, moet de aanvrager van de verzekering zijn gezondheidstoestand aangeven. Bij een hogere kans op overlijden, zal een verzekeraar minder snel een verzekering afsluiten. De Wet op de Medische Keuringen (WMK) keurt dit goed. Bij lage verzekeringen is een gezondheidsverklaring genoeg. De verzekeraar zal dan een paar vragen stellen over de gezondheidstoestand van de aanvrager. Bij bedragen rond de 160.000 euro heeft de verzekeraar het recht om de aanvrager te laten keuren door een huisarts. Het mag niet de eigen huisarts zijn.
