Gepubliceerd op 06-12-2018

UITBARSTEN

betekenis & definitie

UITBARSTEN - (barstte uit, is uitgebarsten), vaneenbarsten; (inz. fig.) zich plotseling vertoonen : de orkaan, de vlam barstte uit; in tranen, in verwenschingen uitbarsten, losbarsten; in een schaterlach uitbarsten, losbreken. UITBARSTING, v. (-en), het uitbarsten; de uitbarstingen van den Vesuvius, het plotseling opgeven van rook, vlammen en lava uit dezen vuurspuwenden berg.

< >