Pluimen (pluimde, heeft gepluimd), van pluimen of veeren berooven, plukken: een vogel pluimen;
— (fig.) iets ontnemen, aftroggelen: wij hebben hem, gepluimd;
— van eene pluim voorzien: een gepluimde hoed; van pluimen of veeren voorzien : de gepluimde zangers van het woud.