Gepubliceerd op 22-11-2018

Overhangen (1)

betekenis & definitie

Overhangen (1) - Overhangen (hing over, heeft overgehengen), naar ééne zijde hangen, overhellen: de rotsen hangen daar sterk over;

— over iets heen hangen: de takken van dien appelboom hangen bij ons over, bv. over een muur;
— over het vuur hangen: de aardappelen hangen over;
— boven het vuur ophangen: hang de aardappelen over. OVERHANGING, v. het overhangen.

< >