GALGETROOSTER, m. (-s), (eigenl.) de geestelijke die den veroordeelde naar de galg geleidt om hem kerkelijken troost te verschaffen; (bij Vondel, fig. als schimpwoord) belijders van de leer der voorbeschikking (door hem galgleer genoemd), wier troost den stervende niet van de hem wachtende straf bevrijden kan;
...VELD, o. (oudt.) veld waarop de galg stond.