BOTERACHTIG, bn. (-er, -st), tot de boter behoorende, op boter gelijkende;
—(gew.) van boter houdende ik ben niet boterachtig, ik eet ze niet gaarne. BOTERACHTIGHEID, v. hoedanigheid van boter.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: