BIJSTELLEN, (stelde bii, heeft bijgesteld), door stellen bijvoegen stel er nog eenige tafels bij. BIJSTELLING, v. het bijstellen:
—, (-en), hulpstellage;
— (taalk.) verklarende bijvoeging, appositie, een zelfst. naamwoord dat onmiddellijk, d. i. zonder voorzetsel of zonder teeken van den tweeden naamval als bijv. bepaling van een ander zelfst. naamw. voorkomt.