Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Verstek

betekenis & definitie

o. (-ken).

1. (timm.) schuine stootnaad van elkander ontmoetende lijsten enz. die samen een rechte hoek maken : met verstekken, in verstek bewerkt;
2. (recht.) de omstandigheid dat de eiser of de gedaagde op de verschijndag niet is verschenen, aan welk verzuim rechtsgevolgen zijn verbonden: bij verstek veroordelen, vonnis wijzen tegen een niet verschenen partij ; verstek verlenen, uitspreken dat een partij niet in rechte is verschenen, hetgeen geschiedt door de rechter ; verstek laten gaan, niet verschijnen.

< >