(trippelde om, heeft en is omgetrippeld),
1. trippelen langs de omtrek van een aangewezen ruimte: het kleine volkje trippelde van blijdschap de kamer om;
2. trippelend rondlopen: de hele middag hebben de kinderen in de tuin omgetrippeld.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: