(Lat.), zolang de fortuin op onze zijde blijft, doet ge u voor als vrienden ; zodra ze wijkt, vlucht ge smadelijk (Petronius c. 80).
Dum' licet in' rebus' jucun'dis vi've bea'tus (Lat.), geniet van de voorspoed zolang zij u wordt toegestaan (Horat., Sat. 2, 6, 9G).