Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Afdeling

betekenis & definitie

v. (-en),

1. daad van afdelen, verdeling, indeling;
2. ieder der delen waarin een samenhangend geheel is afgedeeld, b.v. een hoofdstuk in paragrafen; compartiment; — (toonk.) meer op zich zelf staand gedeelte van een muziekstuk, door een langere rust van het volgende gescheiden;
3. vereniging van personen die een deel uitmaken van een grotere vereniging: de vereniging „ Volksonderwijs” telt vele afdelingen ; — onderdeel van een departement van algem. bestuur, met de behandeling ener bepaalde soort van zaken belast; — sectie bij de volksvertegenwoordiging; — (krijgsw.) een onbepaald aantal manschappen; samenvoeging van enige batterijen artillerie; (zeew.) divisie; — 5. van zaken: groep gelijksoortige of op een zelfde ondenverp betrekking hebbende zaken als deel van een groter geheel, inz. in de systematiek; ook: de plaats waar zij zich bevinden: de afdeling stoffen (in een warenhuis); de afdeling Bomeo (in een museum); — (O.-I.) ben. voor ieder der delen waarin een gewest voor het bestuur verdeeld is.


Alsjeblieft!
Dit artikel kreeg je van Ensie cadeau. Wil je ook bijdragen aan toegankelijke kennis?Word vriend van Ensie en ontvang een gratis encyclopedie!