Synoniemen zoeken
Synoniem van hol
Synoniem van 'n ander trefwoord

Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)

Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Hol
Door holen verstaat men inzonderheid holten in de bergen, die tot schuilplaats kunnen dienen; een hol is kleiner en nauwer en meestal moeilijk toegankelijk, terwijl men grot gebruikt voor grootere ruimten in de bergen, hetzij ze moeilijk of gemakkelijk toegankelijk zijn; grotten bestaan soms uit een aantal holen; spelonken zijn enge holen van eene mindere of meerdere uitgestrektheid. Vooral in de vorige eeuw werden veel kunstgrotten (uit boomwortels, mos, schelpen en koralen ver¬vaardigd) in parken en tuinen tot versiering gebouwd. De grot van Han; de blauwe grot op Capri. De vos bewoont een hol in ’t dichtst van het woud dat de das soms gegraven heeft.

Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
hol
hol - zelfstandig naamwoord
1. ruimte van dier onder de grond
♢ konijnen leven in een hol
1. je in het hol van de leeuw wagen
[naar een plaats gaan waar moeilijkheden zijn]
2. verborgen, donker, naar verblijf
♢ ze leven in een soort zwervershol
Algemene uitdrukkingen:
1. op hol slaan
[wild beginnen te rennen]
2. op een holletje
[vlug lopend omdat je haast hebt]
Zelfstandig naamwoord: hol
het hol
de holen
het holletje