Synoniem van verband

verband - doek(en), reep textiel en dergelijke waarmee een gewond lichaamsdeel wordt bedekt en/of omwonden, of waarin het gehangen wordt. Wonden worden afgedekt en beschermd, en de randen ervan worden bijeengehouden door een wondverband of dekverband; een snelverband heeft de vorm van een met watten gevuld zakje van steriel hydrofiel gaas, dat zich aan twee kanten voortzet als een gazen zwachtel. Een zwachtel of windsel is een lange strook textiel van zes tot tien centimeter breed en van ongeveer vier meter lang. Slagaderlijke bloedingen stelpt men met een sterk toesnoerend verband: een knevelverband of tourniquet. Een kompres, drukverband of omslag oefent een gelijkmatige druk uit en houdt daardoor de lichaamsdelen op hun plaats; tegelijkertijd wordt verhinderd dat er nog vocht uit de bloedvaten treedt. Een gewonde of gebroken arm steunt men in een mitella, draagdoek of draagverband, een verband in de vorm van een om de nek gehangen doek. Bij een gipsverband is het textiel doordrenkt met gips; zo worden herstellende ledematen onbeweeglijk gehouden. Het rekverband rekt mee met de bewegingen van een arm of been.

Tusschen datgene, wat door eene inwendige of uitwendige kracht bijeen wordt gehouden, bestaat samenhang of verband. Waar verschillende deelen door hunne eigenschappen een geheel vormen, daar is samenhang. Worden verschillende dingen door eene kracht er buiten bijeen gehouden, dan is er verband. Ook in overdrachtelijken zin is dit het geval. Zoo zal men zeggen er is geen samenhang in zijne woorden of er is geen verband in zijn stijl. Meestal worden echter deze beide woorden door elkaar gebruikt. Bij verband en betrekking ligt het onderscheid hierin, dat men bij verband meer denkt aan eene ook uiterlijk min of meer nauwe vereeniging, terwijl men bij betrekking denkt aan een wederkeerige kracht, die het eene voorwerp op het andere oefent, welke een band doet ontstaan. Zoo kan men vragen: In welk verband staan zij met elkaar of in welke betrekking staan zij tot elkaar; in het eerste geval denkt men aan uiterlijke eenheid, in het tweede aan wederkeerige werking.

verband - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ver-band

1. contact tussen personen, organisaties, landen
♢ dit is in Europees verband afgesproken
2. wat met elkaar te maken heeft
♢ wat is het verband tussen huwelijk en geluk?
1. in verband met
[vanwege]
3. reep dunne stof
♢ de verpleegster deed een verband om de gewonde arm

Zelfstandig naamwoord: ver-band
het verband
de verbanden
het verbandje

Synoniemen
correlatie, relatie, samenhang