Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Nerd, nurd

betekenis & definitie

(Eng., uitgesproken [neurt]), een moeilijk vertaalbaar begrip uit de computerwereld en de jeugdtaak Het wordt zowel negatief (mietje kneus, vakidioot) als positief (een bolleboos of computerprofessor) gebruikt.

Het clichébeeld van een nerd is een jongeman met bril en pukkels, met een schichtige blik en een duidelijk aanwezige zweetgeur; het sulletje dat bij gym altijd als laatste wordt gekozen: een saaie vent dus. De moderne nerd vind je echter vooral terug in cybercafés. Vrouwelijke nerds zijn moeilijker te herkennen. In 1998 verscheen van de hand van Max de Bruijn het ‘Handboek voor de nerd’. De oudste vindplaats van het woord in Amerika is in 1957. De term raakte evenwel pas echt populair in de jaren zeventig (bij ons eindjaren tachtig).

Volgens sommigen zou dit te wijten zijn aan het veelvuldig gebruik ervan in de televisieserie ‘Happy days’. Een der hoofdfiguren, Fonzie, zou het woord meer dan eens in de mond genomen hebben. De herkomst van nerd is echter onduidelijk. Sommige lexicografen zien er een variant in van de slangterm nert (uit de jaren veertig), op zichzelf al verwant met nut (gek). Volgens anderen zou het om een nonsenswoord gaan, bedacht door Theodor Geisel, in zijn boek ‘If I ran the Zoo.’ Erg veel meer dan het basisstramien van een adolescentenklucht over nerds (nono’s luidt de aardige Nederlandse vertaling) versus bullebakken om de gunst van wandelende barbiepoppen heeft California Man niet om het lijf. (NRC Handelsblad, 20/08/1992)

Een nul valt niet in de smaak bij Ter Braak. Hij is naar de mening van Ter Braak een nerd en wordt daarom onder het thema van de avond, ‘de zee’, benoemd tot kwal. (Nieuwe Revu, 28/09/1994)