Gepubliceerd op 21-06-2017

T(s)jakka

betekenis & definitie

deze kreet, het tegenovergestelde van jakkes, zou volgens sommige bronnen op 31 december 1989 gelanceerd zijn door Youp van ’t Hek in zijn oudejaarsavondconference. Maar ook marketing-goeroe Emile Ratelband verhief deze uitroep (gepaard met een gebalde vuist) tot zijn handelsmerk. Volgens hem komt het woord uit Afrika, en wel van de Zulu-koning ChakaZulu. Het zou oorspr. een strijdkreet geweest zijn. Tegenw. is het bij ons ingeburgerd geraakt als een krachtsuitdr. In de jeugdtaal van de jaren tachtig bet. tjak tjak overigens ‘vlot, snel, ondernemend’: wat een tjak tjak gozer! De schrijfwijze van het woord wil wel eens variëren.

Emile Ratelband die met een zak houtskool, twee kilo glasscherven en heel veel ‘tsjakka’s’ zijn Rolls Royce komt bij tanken. (Youp van ’t Hek: Amah Hoela, 1994, blz. 69)

Interview, gesprek, mitrailleur: wat was het? Het gaat over onzin (positief denken), maar het boeit. Dat kwam door Ratelband. Zelfs het omhooghouden van zijn nieuwe boekje irriteerde niet. Dat verschrikkelijkste van alle woorden, tsjakka, hoorde ik niet. Normaal gesproken komt er bij tsjakka een zeldzame haat over me, deze keer wekte het slechts een aangename en milde geestestoestand op. Dat kwam door Ratelband. (Elsevier, 01/07/95) Trend 4: als filmjournalist in Cannes toevallig op een terrasje neerstrijken naast Neil Dweil en tsjakka! (naar Emile Ratelband) een slecht stuk in de krant. (Oor, 01/07/95)

De nakende verviervoudiging van het energieverbruik in de komende halve eeuw zal dan het broeikaseffect niet versterken. Tjakka! (Elsevier, 05/08/95)

Wanneer je niet aan hun verwachtingen voldoet, is het van ‘tjakka’. (Trouw, 15/09/95)

We kopen gewoon een paar adressenbestanden, en TjaKaaü! (Computer Info, november 1995)