een - minder/meer kunnen, in wie- lerjargon bet. dit gewoon ‘naar een kleinere (of grotere) versnelling schakelen’. Eigenlijk ‘weinig, of veel, inspanning moeten leveren’. De laatste tijd duikt deze metafoor op in politieke kringen, meestal m.b.t. bezuinigingen: de uitkeringen worden gekort (een tandje minder) of er moet harder gewerkt voor minder geld (een tandje meer). In die zin vooral versluierend.
Als minister van Financiën had Kok nooit mogen zeggen dat het wel een tandje minder kon met de bezuinigingen. (Elsevier, 10/04/93)
Afhankelijk van de politicus en van de heersende mode gaat er ‘een tandje bij’, wordt ‘de dienstregeling bijgesteld’ of‘aan de noodrem getrokken’. De Groene Amsterdammer, 15/12/93
