Zostera - plantengeslacht der Potamogetonaceeën, met 6 soorten aan de zeekusten. Daarvan is Z. marina, het Zeegras, de meest bekende, terwijl ook nog een andere soort, Z. nana, het kleine Zeegras, vrij veel voorkomt. Beide soorten zijn algemeen aan de ondiepe deelen van de Noordzeekusten, b.v. in de Zuiderzee en de Wadden. Het zijn planten met lijnvormige bladeren, bij Z. marina 3—7-nervig, bij Z. nana steeds 3-nervig, met afgeronden top.
De bladeren hebben scheeden aan den voet. De bloemen zijn in een aar ingesloten in de scheede van het bovenste blad; ze hebben geen bloemdek en bestaan uit een 2-deeligen meeldraad en één stamper. Sommigen meenen, dat de meeldraad met den stamper bij elkaar behooren en te zamen een tweeslachtige bloem vormen; anderen meenen, dat iedere meeldraad een mannelijke, iedere stamper één vrouwelijke bloem voorstelt. Een eigenaardigheid is, dat de bestuiving der stempels in het water plaats heeft en dat de stuifmeelkorrels lang en draadvormig zijn. De vruchten zijn bij Z. marina gestreept, bij Z. nana glad. In de Wadden wordt Zeegras in het groot verzameld, gedroogd en dan als vulmateriaal, o. a. voor matrassen, in den handel gebracht.
