Tataren - — verbasterd tot Tartaren—volksnaam, die in verschillenden zin gebruikt wordt. Bij Arabische en Perzische schrijvers komt hij voor in den zin van Mongolen en worden de door Djengizkhan aangevoerde troepen regelmatig zóó en niet Mongolen genoemd. Ook in Europa werd hij zoo gebruikt en daarbij verbasterd in Tartaren, als ’t ware aanduiding van een volk, dat uit den Tartarus te voorschijn was gekomen. In werkelijkheid bestonden de horden van Djengizkhan uit volksstammen van verschillenden oorsprong en daaronder ook T., die men tot de Turksche stammen kan rekenen.
Vandaar dat men later sprak van Turksch-Tatarische stammen als verzamelnaam voor die Turksche stammen, die in Siberië en Rusland een woonplaats vonden. Sommige dier stammen zijn ook onder eigen namen bekend, maar ander worden nog altijd T. genoemd en naar hun woonplaats onderscheiden als Krim-Tataren, Wolga-T., Siberische T., Kaukasus-T., enz. Al mogen zich daaronder Mongoolsche elementen bevinden, zoo zijn toch al deze T. echte Turken en spreken Turksche dialekten, die nog groote overeenkomst vertoonen met het O.-Turksch en zelfs met het Osmanisch in zijn oudste periode. Bijna allen hebben zich tot den Islam bekeerd, al vindt men nog hier en daar sporen van het oude Heidendom. In Kazan en elders worden vele boeken in het Tataarsch gedrukt, veelal leerboeken of schriften van onderhoudende lectuur, want een eigen letterkunde van eenige beteekenis hebben de T. niet. In den oorlog dienen zij voornamelijk als lichte cavalerie, als éclaireurs en renboden, evenals zij ook in vredestijd, vóór de ontwikkeling van het spoorwegverkeer, als postboden dienst deden.