Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Stoommachine

betekenis & definitie

Stoommachine - De eerste praktisch bruikbare s. was de atmospherische machine van Newcomen, die in het begin der 18de eeuw in Engeland in talrijke mijnen werd gebruikt voor het opvoeren van water en die vervaardigd werd volgens de denkbeelden van Papin, die als de eigenlijke uitvinder van de s. moet worden beschouwd. De stoom wordt hier slechts gebruikt tot het verkrijgen van een luchtledig. De druk van den dampkring oefent dan de noodige kracht uit voor de beweging van den zuiger. Door James Watt werden c.a. 50 jaar later belangrijke verbeteringen aan deze machine aangebracht, o. a. het parallelogram voor de rechtlijnige geleiding van de zuigerstang en door de omzetting van de heenen weergaande beweging van den zuiger in een ronddraaiende door de toepassing van drijfstang en kruk met vliegwiel.

Verder werd de dubbele werking van den zuiger, d. w. z. dat zoowel boven als onder den zuiger stoom werd toegelaten en gecondenseerd, door Watt in toepassing gebracht, terwijl door zijn uitvinding van den centrifugaal-regulateur, werkende op de smoorklep, de gang van de machine zooveel mogelijk regelmatig werd gemaakt. De s. van Watt is gedurende langen tijd in gebruik geweest tot het midden der 19de eeuw. Reeds van het begin der 19de eeuw af werd echter steeds meer de hoogedrukmachine zonder condensatie in toepassing gebracht. Bij deze machines wordt de stoom slechts over een gedeelte van den zuigerslag toegevoerd en kan zich dan verder uitzetten, waardoor zonder verderen stoomtoevoer nog arbeid wordt geleverd. Dit beginsel was ook reeds door Watt in zijn machine toegepast. De tegenwoordige s. komen in velerlei uitvoeringsvormen voor. Zij bestaan uit een of meer cylinders, waarin zich onder de werking van den stoom een zuiger heen en weer beweegt, welke heenen weergaande beweging door middel van drijfstang en kruk in een ronddraaiende wordt omgezet. Om de heenen weergaande beweging van den zuiger te verkrijgen moet beurtelings aan de eene en aan de andere zijde stoom worden toegelaten en afgevoerd, waarvoor een bijzondere inrichting, het z.g. stoomverdeelingsmechanisme, noodig is.

De afgevoerde stoom kan men in de buitenlucht of in een condensor laten ontwijken. De stoomtoevoer heeft slechts over een klein gedeelte van den zuigerslag plaats (20 a 30 %), waardoor de stoom zich alvorens te ontwijken kan uitzetten (expandeeren). Het expandeeren kan in 2, 3 of meer cylinders plaats hebben, hetgeen geschiedt in de compound-, triple expansie-, enz. machines. Behalve de hier bedoelde zuigers. worden in den laatsten tijd, vooral voor de grootere vermogens, steeds meer de stoomturbines in toepassing gebracht. Hierbij stroomt de stoom tegen de schoepen van een of meerdere schoepenraderen, die daardoor in draaiing wordt gebracht. Deze machines zijn zeer geschikt voor het drijven van dynamo’s in electrische centrales. Het stoomverbruik der verschillende stoommachines loopt zeer uiteen en varieert van 7 tot 16 K.G. per effect. P.K.