Kerkleeraar, - in de R.-K. Kerk benaming voor die kerkelijke schrijvers, die wegens hun uitstekende geleerdheid in de zuivere leer (doctrina orthodoxa eminens), en groote heiligheid (insignis sanctitas) als zoodanig de uitdrukkelijke erkenning van de Kerk ontvangen hebben. Voor k. wordt niet vereischt, dat hij behoort tot de Christelijke oudheid.
De Grieken kennen in hun liturgische boeken slechts 3 k., n.l. Basilius, Gregorius van Nazianze en Chrysostomus, bij welke de Westersche Kerk als 4en Athanasius heeft gevoegd. Sinds de 8e eeuw gelden als de 4 groote k. van het Westen: Ambrosius, Hieronymus, Augustinus en Gregorius de Groote. Nog meerdere heiligen dragen dien titel, o.a. Thomas van Aquino en Alfonsus de Liguori.