Jutfaas, - gem. in Utr., vlak ten Z. der hoofdplaats, groot 2596 H.A., doorsneden door den Vaartschen Rijn. De bodem is kleigrond, die gedeeltelijk tot bouwland (ten O. van den V. Rijn), gedeeltelijk tot grasland wordt gebruikt. De bevolking, 3200 inw., bestaat van landbouw, veeteelt en zuivelbereiding, benevens van steenbakkerij, groententeelt en scheepvaart (over den V. Rijn, als onderdeel van het Merwedekanaal); ook allerlei fabrieken onder den rook van Utrecht. Het dorp J. ligt langs den Rijn, 5 K.M. ten Z. van Utrecht, aan de paardentram van die stad naar Vreeswijk.
Er lagen vroeger veel ridderhofsteden, als Rijnestein, Rijnenburg, Vroonenstein, Rijnhuizen (ook Huis ter Rijn of Huis te Jutfaas) geheeten), de Geer (thans een bloemisterij) en Plettenburg. De meeste zijn verdwenen ; de laatstgenoemde heeft plaats gemaakt voor een fort (1819) als deel der Nieuwe Holl. Waterlinie.
