Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Isis

betekenis & definitie

Isis - (Egypt. ist, eig. troon), een Egypt. godin, die reeds van oude dagen in Egypte bekend was, maar pas sedert het Nieuwe Rijk (ongeveer 1700 v. Chr.) kultus ontving, en sedert de Hellenistische periode tot ver buiten Egypte werd vereerd. Waarsch. oorspr. hemelgodin, verbonden met den aardgod Osiris. De tweeheid I.-Osiris stelt voor het zich onophoudelijk vernieuwende leven door de zich eindeloos herhalende vereeniging van het mannelijk en het vrouwelijk princiep. Daardoor ontspringt elk jaar opnieuw het leven uit den dood.

Wordt de I.-mythe op den zonneloop toegepast, dan is I. de nachthemel, die elken morgen opnieuw de zon voortbrengt. Elk natuurgebeuren, dat als levenwekkend kan worden opgevat, is met I. in verband gebracht. (Maan, wassen van den Nijl, regen, kiemen van koren, enz.). I. is de vruchtbare moederschoot der natuur. In de I.-en Osiris-mythe, die door Plutarchus bewaard is, worden allerlei verspreide I.-verhalen bijeengebracht. Evenals Istar in Babel is I. in Egypte het type van een godin : alle andere godinnen zijn in zekeren zin verschijningsvormen van I. In de I.-figuur liggen alle elementen, die het latere Egypte tot uitdrukking van zijn religieuze aspiraties noodig had : magische kunsten, opstandingsgeloof, behoefte aan vereering van het vrouwelijke, ethische behoeften, enz. Het meest is ze bekend geworden als gods-moeder, moeder van den zonnegod Horus, den wereld-heiland. Als zoodanig is ze ideëel het voorbeeld van den lateren Madonna-kultus. In de I.-heiligdommen, die in het latere Egypte in menigte verrezen, kregen de I.-mysteriën grooten invloed.

Van uit deze tempels hield I. haar zegetocht over Europa. Men bouwde in Griekenland I.heiligdommen, en onder de Ptolemaeën verbreidde de I.-kultus zich over de heele GriekschRomeinsche wereld, waar een soort trias ontstaat: Sarapis-Isis-Harpokrates (in navolging van de Egyptische trias: Osiris-Isis-Horus). In Rome ontmoette de I.-kultus eerst veel tegenstand, maar sedert Caracalla was dat gebroken. Te zamen met het Mithracisme was de I.-kultus een der hevigste tegenstanders van het zich baan brekend Christendom. In 560 n. Chr. werd de befaamde I.-tempel op het eiland Filae in den Nijl voorgoed gesloten. — In de Egyptische kunst werd I. als koe, als vrouw met koeiekop of geheel als mensch met een van horens omgeven zonneschijf op het hoofd afgebeeld. De Grieksche kunst kent haar nog niet; de Hellenistisch-Romeinsche daarentegen siert haar hoofd met een lotusbloem en geeft haar als voornaamste attribuut het Sistrum, een metalen klapper, in de hand.

< >