Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Heiloo

betekenis & definitie

Heiloo - dorp in N.-Holland, ten Z.W. van Alkmaar, met 2834 inw. op 1 Dec. 1917. Het ligt zeer schilderachtig aan den grooten straatweg. Sedert Alkmaarsche regentengeslachten, die hier hun landhuizen hadden, op de binnenduingronden bosschen aanlegden, is het plaatsje gezocht als zomerverblijf. Spoor- en tramweg brengen eiken zomer tal van gasten, die een rustig verblijf wenschen.

Daarnaast vinden de bewoners een bestaan in de veeteelt op de weiden in het W., den tuinbouw op de geestgronden. Ook de bloembollencultuur heeft hier ingang gevonden. — H. is een zeer oude nederzetting. Reeds in 1093 werd het als Heilegeloo genoemd, maar ook vóór dien tijd moet de plaats bewoond zijn geweest en verkreeg een zekere vermaardheid door een put, welke zuiver drinkwater opleverde en den naam Willebrordusput verkreeg. De Runxput nabij Limmen, gewijd aan „Onze lieve Vrouwe ter Nood”, werd in de 18e eeuw vernield, doch is nu weer hersteld. Velen schrijven aan het water geneeskracht toe en op bepaalde dagen komen duizenden Katholieken, van benoorden het IJ, hierheen ter bedevaart.