Grebbe - 1) de Oostelijke afhelling van de Utrechtsche heuvels bij Rhenen, en naar de Geldersche Vallei. De straat en tramweg volgen Oostwaarts den Grebbedijk, tusschen den Grebbeberg en den Wageningschen berg. Vóór de groote overstrooming van Maart 1595 lag hier slechts een kade. De dijk brak af en toe ook nog door.
Daarom lieten de Staten van Utrecht ter beveiliging van de Utrechtsche gronden in 1652 den Slaperdijk aanleggen. — 2) De Grebbe of Grift in het Z.O. van de provincie Utrecht, is naar Bisschop David (van Bourgondië) genoemd, die een riviertje liet vergraven en met een sluis in den Rijn leiden (1473—1481). Door een latere vaart, de Schoonderbeker Grift, ook gegraven tot ontginning van venen, werd zij verbonden met de Luntersche beek (1555), later door de Broekersloot. Dit werd zooveel mogelijk belet door de stad Utrecht uit naijver jegens Amersfoort. Door de bemoeiingen van Gelderland nam het er eindelijk op een beperkende voorwaarde genoegen mee, zoodat het Z. deel van de Geldersche Vallei een afwatering verkreeg naar -’t N., beperkt echter door de vaststelling van een maximum peil (dat van Gerestein). Door verwaarloozing der Luntersche beek en ’t vasthouden aan dat peil lijdt de genoemde streek tot Wageningen, Amerongen en Veenendaal in den winter vaak maandenlang wateroverlast.
De G r e b b e l i n i e is een doorloopende aarden borstwering met hier en daar batterijen en kleine verdedigingswerken in de Geldersche Vallei van Spakenburg, langs de Eem, de Luntersche beek en de Grebbe naar den Rijn, zich aansluitende bij de stelling in de Neder-Betuwe van Spies over Ochten tot Sint Andries. Zij moet een vijandelijk leger tegenhouden tot de Nieuwe Holl. waterlinie bezet en gereed is en de inundatie voldoend effekt heeft.