Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gozzi (carlo)

betekenis & definitie

Gozzi (carlo) - geb. 1720 te Venetië, gest. 1806, jongere broeder van Gaspare G. Na zijn geluk in de legers in Dalmatië gezocht te hebben, ging hij in 1744 naar zijn geboortestad terug, waar toen de strijd tusschen de voorstanders van den blijspeldichter Goldoni en die van Pietro Chiari in vollen gang was. G. viel hen beiden heftig aan en om de nutteloosheid van Goldoni’s hervorming (het streven naar natuurlijkheid en realisme) aan te toonen, wedde hij, dat hij de menigte zou trekken met kinderachtige, phantastische onderwerpen. Zoo ontstonden, tusschen 1761-1765 zijn tien fiabe, sprookjes waarvan de inhoud aan verschillende verzamelingen van populaire verhalen ontleend is, terwijl de schrijver er aan heeft toegevoegd, wat zijn eigenaardig vernuft en zijn satirisch instinct hem ingaf. Het resultaat is een vreemd mengelmoes.

De stijl is zeer middelmatig (ze zijn uitgegeven in 1885, Zanichelli, Bologna). De „fiabe” hebben in Italië, vooral in Venetië, zeer veel succes gehad, dat echter kort geduurd heeft. Ze zijn dadelijk in het Duitsch en veel later in het Fransch vertaald en in beide landen gunstig beoordeeld. Wij hebben ook nog andere tooneelstukken van G., verder o. a. een satirisch gedicht Marfisa bizzarra (Venetië 1772) en mémoires (Memorie inutili, Venetië, Palese, 1797). Over G. is geschreven door G. B. Magrini: I Tempi, la Vita e gli scritti di C. G., Benevento, De Gennaro, 1883.

< >