Georgië (V.S.) - een van de Zuidelijke Staten van de Unie, genoemd naar Koning George II van Engeland. De oppervl. bedraagt 154.000 K.M2., het aantal inw. 2.856.000. Het grootste deel van den staat wordt ingenomen door laagland; alleen het uiterste N. W. reikt tot het Alleghany-gebergte. De Sitting Buil, de hoogste verheffing van het bergland, is slechts 1533 M. hoog.
De helling van het laagland is zóó gering, dat uitgestrekte gebieden langs de kust voor langer of korter tijd onder water staan en reusachtige moerassen vormen, waarvan the Okee Finokee Swamp (2500 K.M2.) wel het grootste is. Vóór de bochtige kust, met talrijke baaien en haffen, liggen een menigte eilandjes, gezamenlijk Sea Islands (zee-eilanden) geheeten. Het klimaat is, hoewel de winters er door de Zuidelijke ligging zeer zacht zijn, ongezond. G. is een landbouwstaat: 37 % der boerderijen wordt door negers gedreven. Het hoofdproduct is katoen; alleen Texas levert hiervan nog meer. Inzonderheid gedijt de katoen uitstekend in het Z. en aan de kust, terwijl de Sea-Islands katoen zeer hoog staat aangeschreven. In het N. is de graanbouw vooral van belang; verder haver, tarwe, rijst en tabak, terwijl de aanplant van suikerriet steeds toeneemt. G. bezit ruim 100.000 K.M2. bosch, vooral naaldboomen (terpentijn en hars) en ook een zeer belangrijken veestapel; aan de kust is een vrije groote elftvisscherij en oestercultuur.
G. is dus een zeer belangrijke staat. Daarenboven nog een hoog ontwikkelde mijnbouw en industrie. In 1914 bracht het land naast een kleine hoeveelheid goud, bijna 200.000 ton steenkool op en evenveel ijzererts, verder bauxiet, graniet, kalksteen, en marmer, dat door de geheele Unie wordt geroemd. De geheele mijnbouw had een waarde van pl. m. 15 millioen gulden. Er zijn 4800 fabrieken, waarin 120.000 personen een bestaan vinden, produceerende een waarde van ruim 500 millioen gulden. Hiervan staat de katoenindustrie bovenaan, daarop volgt de houtindustrie en die van olie- en veekoeken. De voornaamste haven is Savannah, aan de goed bevaarbare gelijkn, rivier en belangrijkst punt van de spoorwegen. Terwijl de bevolking in 1800 niet meer dan 163,000 bedroeg, is deze thans toegenomen tot 2,856.000, zoowel een gevolg der toename van het aantal Blanken als Negers.
Het Negerelement is buitengewoon groot (ruim 1,3 millioen); 95 Indianen, 237 Aziaten. Van de Blanken, niet in Amerika geboren, waren 3224 Russen, 2039 Duitschers, 3300 Engelschen. G. wordt bestuurd door een Gouverneur. De wetgevende macht berust mede bij een Senaat van 44 leden en een Huis van Afgevaardigden met 184 leden, evenals de senatoren voor 2 jaar gekozen. G. brengt 11 stemmen uit bij de presidentsverkiezing. Hoofdstad is Atlanta. — G werd het eerst door Hernando de Soto, stadhouder van Cuba, doorreisd. Aanvankelijk een twistappel tusschen Spanjaarden en Engelschen, werd het 1733 door Engelsche avonturiers, aangevoerd door James Oglethorpe, gekoloniseerd; na bloedige oorlogen met de Spanjaarden bleef het land Engelsch. G , een van de 14 oorspronkelijke staten der Unie, sloot zich in 1861 bij de confederatie der Zuidelijke staten aan en was een der hoofdtooneelen van den burgeroorlog.