Froude (James Anthony), Engelsch historicus, geboren 1818 te Darlington in Devonshire. Hij had eerst in de theologie gestudeerd en was fellow geworden te Oxford. Het fellowship moest hij evenwel wegens zijne opvattingen op godsdienstig gebied neerleggen; daarna wijdde hij zich aan de studie der geschiedenis. In 1869 werd hij lord-rector aan de St.
Andrews University te Oxford, in 1892 werd hij professor in de nieuwe geschiedenis te Oxford. Hij stierf in 1894. Zijn hoofdwerk is: The history of England from the fall of Wolsey to the defeat of the Spanish Armada (1856—1870); Hierbij sluiten zich aan: The divorce of Cath. of Aragon (1891) en de Oxfordsche voorlezingen, welke gedeeltelijk na zijn dood werden uitgegeven. o.a. Life and Lettres of Erasmus (1894), The council of Trent (1896). Bovendien schreef hij nog verschillende historische essays. Zijn reisbeschrijvingen o.a. Oceana hebben een politieke strekking. In pathos overtreft F. Macaulay, terwijl hij er niet voor terugdeinst om door verdraaiing der feiten een eens opgevatte meening te verdedigen. In zijn beschouwingen is hij uitermate partijdig.
Litteratuur: F. Harrison, Tennyson etc. (1899); H. Paul, The life of Freeman (1905).
