Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-12-2018

Frederik, (barlarossa)

betekenis & definitie

Frederik, (barlarossa) - naam van verschill. keizers van hetDuitsche Rijk. F. I Barlarossa (1162—1190), 6Maart 1162 op den rijksdag van Frankfort geko-zen tot keizer, welke waardigheid hij aanvaarddezonder de approbatie van den paus af te wach-ten, gelijk langzamerhand een gebruik was ge-worden. 't Hoofddoel van zijn politiek was uit-breiding van de macht van den keizer naar bui-ten. Daartoe streefde hij er naar met de rijksgroo-ten in vrede te leven. Hij liet dezen niet alleen in?t bezit van hun macht, maar gaf hun allerlei voor-rechten zoodat de leenmannen langzamerhandmachthebbers naast denkeizer werden.

In zijn buit.pol. kwam hij te staan tegenover de Italiaanschesteden, die gesteund werden door den paus. F. iser niet in geslaagd Italië te onderwerpen. Na denederlaag van Legnano (1176) sluit hij vrede metden paus (1177 vrede van Venetië) en de Ital.steden (vrede van Constanz 1184). Paus enkeizer behouden hun rechten, terwijl 't keiz. ge-zag in de steden vertegenwoordigd wordt doorvicarissen, die echter gaandeweg de heerschappijin de stad, waarover zij gesteld zijn, weten te be-machtigen (vorming van de Ital. vorstendom-men, zie ITALIË). Na den slag van Legnanokomt F. in botsing met Hendrik den Leeuw*, hertog van Saksen, die in den rijksban wordt gedaan en in 1181 ’t land moet verlaten. Zijn rijkwordt verdeeld in allerlei vorstendommen. Vandit oogenblik dateert de splitsing van 't rijk intal van kleine staten. F. nam deel aan den derdenkruistocht (1189/1190), veroverde Iconium enverdronk in de rivier Kalykadnus (10 Juni1190; zie KYFFHAUSER-SAGE).

F. II(1216—1260), zoon van Hendrik VI en Constancevan Sicilië werd na den dood van zijn vader in1198 koning van Sicilië als leenman van denpaus. Door paus Innocentius III naar voren ge-schoven tegenover Otto IV*, werd hij in 1212te Frankfort tot Roomsch koning gekozen,maar krijgt de macht in handen na de ne-derlaag van Otto IV bij Bouvines* (1214). Bijde Gouden Bul van Eger (1213) en 't privilegeder geest, vorsten (1220) zag hij af van alleninvloed op de verkiezing van de bischoppen ende uitoefening der kon. rechten in de landen derbisschoppen. Het gevolg hiervan was, dat voort-aan de geest, vorsten afhankelijk werden vanden paus en deze op die wijze zijn macht uit-breidde. Over 't inwendig bestuur van't Duitscherijk heeft F. zich weinig bekommerd; hij liet ditover aan plaatsvervangers. De rijksgrootenmaakten hiervan gebruik om hun macht alssouv. vorsten te vestigen (priv. van Worm»1231). Metterdaad was hierdoor ’t rijk opgelostin tal van staatjes, die slechts door een zwakkenband met elkaar waren verbonden. Van de machtvan den keizer is niets meer gebleven; hij is voort-aan alleen nog ’t symbool van de eenheid.

Vanmeer beteekenis is F. als koning van Sicilië;hier reorganiseerde hij ’t bestuur (constitutionesvan Melfi 1231), waardoor hij de abs. machtvan den vorst in 't rijk vestigde. Door zijn Ital.pol. kwam F. in botsing met den paus, die in’t rijk verschillende tegenkoningen tegenoverhem plaatste (zie HENDRIK RASPE, WIL-LEM II VAN HOLLAND). Met afwisselend gelukstreed F. in Italië. In 1260 stond echter zijn zaakvrij gunstig. Hij overl. 13 Dec. 1260. — F. III(1440—1493) heeft zich alleen om de belangenvan zijn dynastie bekommerd en daaraan dievan ’t rijk opgeofferd. Zoo bracht hij in 1448door het concordaat met paus Eugenius IV* deDuitsche kerk in een staat van afhankelijkheidvan vreemden invloed. (Zie KAREL DESTOUTE, OOSTENRIJK.). Hij vernietigde demacht van het Veemgericht.*

< >