Eigenbelang - in de economische wetenschap veelal het economische dus meestal geldelijke belang van het individu. Daarnaast kan het eigenbelang echter ook zeer wel medebrengen een streven naar bevrediging van eerzucht, naar zelfbevrediging in altruïstischen arbeid, enz. — Wanneer men bestrijdt de stelling, dat de mensch in zijne economische handelingen (dus die b.v. betrekking hebben op voortbrenging en handel) door eigenbelang wordt beheerscht, wordt dit woord veelal in de eerste beperkte beteekenis gebezigd. Het is dan ook niet te ontkennen, dat b.v. een ondernemer bij de behandeling zijner arbeiders niet steeds alleen zijne eigen geldelijke belangen in het oog behoeft te hebben. Iets anders is echter, of bij verreweg de meeste menschen niet de geldelijke belangen een zoo gewichtige plaats innemen, dat deze den hoofdprikkel tot arbeiden bij hen vormen.
Dat economisch eigenbelang kan vooral daarom tot arbeid aansporen,omdat onze rechtsorde het eigendomsrecht op het daardoor verkregene voor het individu en diens erfgenamen beschermt. Wegneming van deze bescherming zal dus een krachtigen prikkel tot arbeiden doen vervallen. Het antwoord op de vraag, welke rol het eigenbelang in de maatschappij speelt, hangt dus ten nauwste samen met de opvatting over een andere vraag, n.l. in hoeverre, bij afschaffing van eigendom en individueel erfrecht, de productie voldoende zou zijn gewaarborgd. Deze vraag wordt door de bestrijders van socialisme en communisme ontkennend beantwoord.