Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Berg (mr L. W. C. van den)

betekenis & definitie

Berg (mr L. W. C. van den) - geb. 1845 te Haar lem, bekleedde verschillende rechterl. en admini str. betrekkingen in Indië, werd in 1887 benoemd tot hoogleeraar aan de Ind. Instelling te Delft, welke betrekking hij bleef bekleeden tot de op heffing in 1901; sedert was hij werkzaam aan het Ministerie van Koloniën ter voorbereiding van het nieuwe privaat- en Grafrecht voor Indië; in 1910 werd hij benoemd tot burgemeester van Delft; in 1911 werd hij tot lid der 1ste Kamer gekozen.

Zijn voorn, werken behandelen het’'gebied van het Mohammed, recht, vooral in betrekking tot de Inlanders in onzen Archipel; ten opzichte daarvan is hij de opvatting toegedaan, dat in het algemeen het Moh. ..recht door de Moh. In landers gerecipieerd is behoudens „afwijkingen.” Voornaamste werken: Beginselen van het Moh. recht volgens de Imâm's Abu Hanifâh en Sjâft'i; De Mohammedaansche geestelijkheid en de gees telijke goederen op Java en Madoera; Minhâdj at-Tâlibîn, le Guide des zêlês erogants; Le Ha dhramout et les Colonies Arabes dans l’ Archipel Indien; De Inl. Rangen en Titels op Java en, Ma doera-, De afwijkingen van het Moh. familie en erf recht op Java en Madoera; Fâth-al-Garib, la Rêvé lalion de l’Omniprésent. Voorts een groot aantal artikelen in tijdschriften, waaronder in het bij zonder te vermelden: Het Inl. gemeentewezen op Java en Madoera, in de Bijdr. v. h. Kon. Instituut D. I 52 (1901).

< >