Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-12-2018

Bell (frederik wilhelm bernard van)

betekenis & definitie

Bell (frederik wilhelm bernard van) - Ned. the oloog, geb. te Rotterdam 15 Juni 1822. Hij stu deerde te Leiden 1842 —48, waar zijn antwoord op een daar uitgeschreven prijsvraag: „De laatste pericope in het Marcus-evangelie” in 1846 met goud werd bekroond, promoveerde in 1847 tot theol. doctor op proefschrift Disputatio theologica, in libris Novi Tes tamenti efficienda, werd predikant te Noordwijker hout 9 Nov. 1849, te Hoorn 1853, te Amsterdam 1855. tot theol. prof. te Groningen benoemd, aanvaardde hij dit ambt 23 Nov. 1872 met een rede over „Het karakter der onafhankelijke theo logie”. In 1892 werd hij emeritus en vestigde zich te Utrecht, waar hij 28 Juni 1896 overleed. — Hij was een leerling van Scholten, theoloog van de moderne richting, wijdde zich eerst meer aan exegetische studiën van het N. Test.; later bewoog hij zich meer op philosophisch gebied. Zijn wetenschappelijke nalatenschap bestaat meest uit tijdschriftartikelen.

Een volledige lijst van wat hij schreef is te vinden in het levensbericht, dat Dr. M. A. N. Rovers over hem uitgaf in de „Levens berichten der afgestorven medeleden van de Maat schappij der Ned. Letterkunde” 1897 (bl. 21—47).

< >