Baarmoederbloedingen (vloeiingen), kunnen zich voordoen bij gezwellen en ziekten der baarmoeder, na een bevalling of miskraam, (achterblijven van eivliesof placentastukjes), bij onregelmatige zwangerschap, bij ziekten van de eierstokken, van de eileiders, en bij stoornissen in den bloedsomloop, die b.v. veroorzaakt worden door hartkwalen of longziekten. Bij vrouwen, die niet meer menstrueeren, is een baarmoederbloeding, die door haar dikwijls geheel onjuist als een tijdelijk terugkomende menstruatie wordt beschouwd, steeds een teeken van een of andere afwijking. Het kan niet genoeg herhaald worden, dat onder zulke omstandigheden onmiddellijk de arts geraadpleegd moet worden; dikwijls (gelukkig niet altijd) is een dergelijk „terugkomen van de menstruatie” een teeken van een beginnend ernstig lijden, dat bij tijdige hulp nog tot genezing gebracht kan worden.
Onregelmatige baarmoedervloeiïngen heeten metrorrhagiën; zij moeten niet verward worden met te sterke menstruatie: menorrhagiën. Onregelmatige baarmoedervloeiïngen kunnen ook tijdens het climacterium voorkomen.