Antimoonsulfiden - verbindingen van antimoon met zwavel. Het antimoontrisulfide, Sb2S3, dat als antimoniet in den vorm van grafietkleurige kristallen in de natuur voorkomt, wordt onder den naam antimonium (crudum) in den handel gebracht en dient in vuurwerk, tot het uitbrengen van goud uit goudhoudende zilverertsen en als grondstof voor de bereiding van antimoon en antimoonverbindingen. Kunstmatig bereid door inwerking van zwavelwaterstof op antimoonzouten heeft het een geeltot roodoranje kleur; waarvan men in de chemische analyse gebruik maakt.
Mengsels van a. en antimoontrioxyde, vroeger als antimoonoxysulfiden, beschouwd, zijn onder verschillende namen bekend en gebruikt. Antimoonpentasulfide Sb2S5, goudzwavel, wordt door ontleding van natriumsulfoantimoniaat of Schlippe-zout door zuren verkregen als een helder oranjerood poeder zonder noemenswaardigen smaak of reuk, dat in de medicijnen als expectorans, bij het vulcaniseeren van caoutchouc en de vervaardiging van lucifers dient.