Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Alpertus

betekenis & definitie

Alpertus - monnik, naar een klooster te Metz, waar hij geleefd moet hebben, Mettensis bijgenaamd, leefde in de eerste helft der 11de eeuw. Vermoedelijk uit het bisdom Utrecht afkomstig, keerde hij later uit Metz daarheen terug en woonde toen een tijd lang in het klooster bij Amersfoort, dat later naar Utrecht verplaatst, daar als St. Paulus-abdij bekend werd.

Alpertus is o.a. de schrijver van een tusschen 1021 en 1024 geschreven kroniekje De diversilate temporum etc., dat van beteekenisis voor de geschiedenis van de streken om Nijmegen, Kleef, Tiel en Utrecht en in het bijzonder voor de kennis van de gebeurtenissen in Holland in 1018. De kroniek van Alpertus is uitgegeven in de Monumenta Germaniae historica S.S. IV, later fototypisch door C. Pijnacker Hordijk in Codices Graeci et Latini (Leiden 1908) en laatstelijk door Dr. A. Hulshof in de werken van het Historisch genootschap te Utrecht (Amsterdam 1916).