Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-06-2020

zweving

betekenis & definitie

v. (-en), het verschijnsel dat twee tonen met gering frequentieverschil die tegelijk klinken, gehoord worden als één toon waarvan de sterkte toeen afneemt met een frequentie die gelijk is aan het frequentieverschil van de beide tonen.

(e) Zwevingen ontstaan doordat de twee tonen periodiek variëren tussen gelijke fase (versterking) en tegenfase (verzwakking). Overschrijdt de zwevingsfrequentie (het frequentieverschil) een bepaalde grens, dan wordt een rauwe, onaangename klank (dissonant) waargenomen; voor nog grotere frequentie verschillen tussen de twee tonen worden deze gescheiden gehoord. Bij te zamen klinkende muziekinstrumenten (die boventonen opwekken) kunnen zwevingsfrequenties tussen de boventonen in het onaangename gebied komen en afbreuk doen aan de samenklank.

< >