bn. en bw. (-er, -st),
1. niet belangrijk, onbeduidend, onbetekenend: een zeer persoontje; allerlei onbelangrijke zaken; niet -, niet van belang ontbloot: hij bezit een niet vermogen;
2. bw., in een niet belangrijke mate, bijna uitsluitend met de ontkenning: niet —, in vrij belangrijke mate, vrij aanzienlijk.