Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

kooldioxide

betekenis & definitie

o., (ook: koolstofdioxide, onjuist: koolzuurgas), de verbinding van één atoom koolstof en twee atomen zuurstof, C02.

(e) SCHEIKUNDE. Kooldioxide is een kleuren reukloos gas, dat een zwak zure, prikkelende smaak bezit, in de atmosfeer en in bronwater, naast het koolzuur, in opgeloste staat voorkomt. Het normale kooldioxidegehalte van de lucht is slechts 0,03 %. Kooldioxide is echter van de grootste betekenis, omdat het voor alle groene planten de grondstof vormt, waaruit zij onder invloed van het zonlicht hun bestanddelen opbouwen (→assimilatie, →fotosynthese). De koolstof van steenkolen is geheel afkomstig van atmosferische kooldioxide. Bij de ademhaling van planten en dieren, bij rottingsprocessen, bij verbranding van hout en andere brandstoffen, worden de organische verbindingen weer omgezet in kooldioxide en water.

Door deze kringloop bleef het kooldioxidegehalte van de dampkring praktisch constant. Er valt echter een langzame stijging van dit gehalte waar te nemen door de verbranding op grote schaal van koolwaterstoffen (olie, benzine, aardgas). Dit zou volgens bepaalde theorieën ernstige verstoring op wereldwijde schaal van het klimaat kunnen geven. Voorts ontwijkt kooldioxide uit vulkanen en in sommige vulkanische streken uit spleten in de bodem. Door zijn zwaarte blijft het op geringe hoogte hangen, zodat kleine dieren erin kunnen omkomen (Hondsgrot in Italië, Dodenvallei op Java). Kooldioxide komt in grote hoeveelheden voor in de atmosferen van verscheidene planeten.

Zo bevat de atmosfeer van Venus zeer hoge concentraties. Kleine hoeveelheden kooldioxide werken stimulerend op de ademhaling, waaraan koolzuurhoudende dranken hun verfrissende werking danken. Bij inademen van grote hoeveelheden wordt de C02-afgifte van het lichaam gestoord. Wanneer de lucht in vertrekken waar veel mensen bijeen zijn, meer dan 0,1 % kooldioxide bevat, dan is zij voor de gezondheid nadelig; minder door de werking van het gas zelf dan door die van andere vluchtige stoffen (vooral waterdamp) die met het kooldioxide worden uitgeademd. Daarom is het nodig in woonkamers, fabrieksgebouwen, schoollokalen enz. voor een goede ventilatie te zorgen. Bij concentraties boven 10 % is kooldioxide dodelijk.

Men herkent kooldioxide aan de eigenschap om helder kalkwater (een oplossing van kalk) troebel te maken door afscheiding van calciumcarbonaat. Kooldioxide voor industrieel gebruik wordt verkregen door het gloeien van kalksteen met cokes in de kalkbranderij en door het verbranden van cokes met lucht. Ook worden enkele natuurlijke koolzuurbronnen (in Italië en de BRD) geëxploiteerd. Kooldioxide wordt in stalen cilinders bij gewone temperatuur onder een druk van ca. 50—60 atm. vloeibaar verhandeld. Brengt men het vloeibare kooldioxide plotseling onder normale druk, dan wordt het onder sterke afkoeling vast (koolzuursneeuw), het droog ijs. Dit droog ijs mag nooit met de huid in aanraking komen omdat het een zeer lage temperatuur heeft (—78,48 °C).

Het kooldioxide wordt in zeer grote hoeveelheden gebruikt voor bierpompen, in →koolzuurhoudende dranken, als brandblusmiddel en in de diepvriesindustrie. BIOLOGIE. Kooldioxide komt vrij bij verbranding van koolhydraten, eiwitten en vetten (→katabolisme) en wordt bij gewervelde dieren via het bloed getransporteerd(→koolzuurgastransport) naar de longen of kieuwen. Het koolzuurgas speelt een rol bij de ademhalingsregulatie alsmede bij de intermediaire stofwisseling (→koolzuurstofwisseling). Het koolzuurgas verschaft het dierlijk organisme in de vorm van bicarbonaat een geweldige voorraad buffer. Hierdoor kan de pH binnen zeer nauwe grenzen constant gehouden worden. C02 kan heel gemakkelijk via de ademhalingsorganen worden uitgescheiden of via de nier worden gefixeerd als bicarbonaat. Hierbij speelt het enzym →koolzuuranhydrase een belangrijke rol.