Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

isolator

betekenis & definitie

m. (-en, -s),

1. in de algemene betekenis een stof die voorkomt dat een lokaal aangebrachte elektrische stroom zich daarbuiten verspreidt (e);
2. in engere zin een voorwerp dat ten doel heeft elektrische leidingen te dragen en te isoleren (e).

(e) Naar plaats van gebruik, omstandigheden, spanning en soort van geleiding bezigt men de meest uiteenlopende soorten van isolators, die evenwel gemeen hebben, dat zij slecht geleiden (barnsteen, mica, eboniet, hars, porselein, glas, kunststoffen).

< >